
Op zoek naar de frames die ons verbinden
Eind september las ik iets over Wout van Aert en, zo schreef de journalist, iedereen weet wat daarmee aan de hand is “tenzij je de voorbije weken op Mars verbleef”. Omdat ik inderdaad niet wist wat er met de renner aan de hand was, vroeg ik me af wat ik uit die vaststelling moest afleiden. In ieder geval vind ik het een goed idee om regelmatig vanop afstand en totaal onbevooroordeeld naar wat er in de wereld gebeurt te kijken. Het is een van de trucjes die ik bewust toepas in mijn onderzoek naar de manier waarop in de samenleving betekenis tot stand komt. Naast mijn Martiaanse afkomst ben ik ook een volbloed constructionist. Het constructionisme bestudeert de interactie en de communicatie tussen mensen waardoor de sociale werkelijkheid vorm krijgt. Op die manier ontstaan er verschillende werkelijkheden die onze gedachten en gedragingen sturen. Dit is in tegenspraak met mensen die vinden dat er maar één werkelijkheid bestaat. Zij vinden dat het onder meer de taak van journalisten is om over die ene werkelijkheid op een objectieve manier verslag uit te brengen, op basis van geverifieerde feiten. Doen ze dat niet dan brengen ze fake news, zijn ze aan het framen of zijn ze linkse dan wel rechtse propagandisten.
Als constructionist en Martiaan, maar vooral op basis van mijn onderzoek naar de framing van tientallen maatschappelijke onderwerpen, vind ik: zou het niet goed zijn als we met z’n allen het concept framing omarmen in plaats van het te reserveren om tegenstanders weg te zetten als leugenaars?
Frames factchecken is lastig
Er zijn feiten en er zijn frames. Over feiten is het mogelijk te bepalen of ze kloppen of niet. Frames factchecken is veel lastiger, omdat ze tegelijk waar en niet waar zijn. Frames zijn nochtans belangrijk, omdat frames aan de feiten betekenis verlenen. Beter, maar daarom niet gemakkelijker, is het om de verschillende denkbare frames in kaart te brengen. Een frame is per definitie een keuze en dus zijn er altijd alternatieven. Naargelang het gekozen frame ziet de werkelijkheid er heel anders uit.
Wat inderdaad helpt, is het standpunt van een Marsbewoner in te nemen. Er zijn talloze voorbeelden te bedenken. Neem bijvoorbeeld de situatie waarbij iemand om religieuze redenen weigert om iemand anders de hand te schudden. De Marsbewoner zal vaststellen dat mensen verschillende manieren hebben om elkaar te begroeten, onder meer de hand reiken en schudden, zoenen, omhelzen of met een hoofdknik. Het verschil tussen de omgangsvormen is de mate van aanraking. Dat zijn de empirisch waarneembare feiten. In beide gevallen gaat de betekenis die men eraan hecht veel verder dan de reële aanraking die de Martiaan empirisch kan vaststellen. Daardoor is het niet meer mogelijk te bepalen wie objectief gezien gelijk heeft. Vanuit een Westers perspectief bekeken, is elkaar de hand geven een teken van wederzijds respect. Vanuit het perspectief bekeken van bepaalde stromingen in de islam en het jodendom is het aanraken van de hand van iemand van het andere geslacht een teken van respectloosheid ten aanzien van de eigen partner. Het gaat in beide gevallen dus over respect. De gevolgde redenering verloopt echter anders.
De samenleving in een kramp
Associaties en gevolgtrekkingen die uit de betekenisgeving voortvloeien, vormen een bron van interculturele conflicten waarbij er zware verwijten en dito eisen klinken: Zwarte Piet is een racistisch personage en moet van het toneel verdwijnen, hoofddoeken moeten verboden worden, want het symboliseert de islamitische onderdrukking van de vrouw, ‘blanken’ moeten zich voortaan ‘witten’ noemen, want een ‘blanke’ stelt zich superieur op enzovoort.
De constructionist in mij ziet daarbij drie mogelijke manieren om met dergelijke lastige discussies om te gaan. Een eerste, vaak voorkomende reactie is de volgende: de tegenpartij stelt de situatie (bewust) verkeerd voor en is daarom aan het framen: ‘Ik frame niet, want ik heb gelijk.’ De tweede mogelijkheid is delicater. Niet de persoon die iets zegt of doet bepaalt wat de betekenis daarvan is, maar de andere partij, of zelfs een buitenstaander. Iemand zegt iets, en hoe goed bedoeld ook, of al was het een grap, als de andere partij het als bijvoorbeeld racistisch bestempelt dan ís het racistisch (of seksistisch, discriminerend …). Beide mogelijke reacties hebben bijkomende consequenties. Ze dragen namelijk bij aan de polarisering in de samenleving. Er is een bitsig debat, waarbij niemand wil toegeven, want vanuit hun perspectief bekeken hebben ze gelijk. Bijkomend is er een grote groep die zich er niet meer durft of wil over uitspreken. Gevolg: de samenleving schiet in een kramp, en alleen de uitersten van het spectrum spreken zich nog uit, roepen naar elkaar over de hoofden van de zwijgende meerderheid heen. Verder zijn er instanties die het zekere voor het onzekere nemen, en bijvoorbeeld de lokale kerstmarkt voortaan wintermarkt gaan noemen, wat de tegenstellingen nog meer op scherp zet. Het is de derde mogelijkheid die het constructionisme aanreikt die een oplossing biedt.
De beladenheid er weer vanaf halen
Het zou al helpen als iedereen zich bewust wordt van de eigen frames en daarvan het relatieve inziet. Een volgende stap bestaat in het inzicht krijgen in de frames van anderen. Waarom vindt iemand een uitspraak of een handeling respectloos, opdringerig, racistisch of seksistisch? Wat zit daarachter? Om die vragen te beantwoorden, is het nodig om te onderkennen dat niemand aan framing kan ontsnappen. Dus ook ik niet. Mijn eigenste framing is bijvoorbeeld dat we elkaar toch wat meer tijd moeten gunnen. Ik sprak een (blanke) Zuid-Afrikaanse collega die me zei dat zijn familie al sinds de achttiende eeuw in Zuid-Afrika woont en dat hij nog steeds regelmatig de idee krijgt aangepraat dat hij niet thuis hoort op het Afrikaanse continent. Anderzijds ben ik ook iemand die vindt dat de wereld niemand toebehoort en iedereen zou moeten kunnen gaan en staan waar hij of zij wil. Maar dat vinden sommigen waarschijnlijk een te naïeve framing. Dat is immers al evenzeer het argument dat Westerse mogendheden gebruikten om hun kolonialistische groeidrift te rechtvaardigen (zie ook de reacties op deze blogpost). Mensen migreerden al lang voordat ze het idee kregen de wereld op te delen in landen en sommigen zich het recht toe-eigenden te dicteren waar de bewoners binnen de getrokken grenzen zich aan dienden te houden. Kortom, het zijn allemaal geconstrueerde feiten die enkel een realiteit vormen bij gratie van de gemaakte afspraken.
Wat ik wel al helder voor me zie, is dat we toch maar elkaar de hand moeten blijven reiken, en samen moeten zoeken naar de frames die ons verbinden. Veel woorden en dingen in het leven zijn momenteel zo zwaar beladen met betekenis en associaties dat het goed zou zijn als we samen zouden afspreken dat we proberen om die beladenheid er weer vanaf te halen, zoals een Marsbewoner dat zou doen (de hoofddoek is ook gewoon een kledingstuk, Zwarte Piet maakt ook gewoon deel uit van een kinderfeest). Om daarna samen op zoek te gaan naar alternatieven waarin, liefst, iedereen zich kan vinden.
Wil je hier meer over weten? Bekijk mijn TEDx talk op YouTube.